Columns van Bert van Manen
Zanetti had weer eens zowel gelijk als ongelijk
En dat is niet voor het eerst: de Italiaan is vaker dan welke andere speler ook betrokken bij incidentjes en meningsverschillen. Maar hij krijgt lang niet altijd het krediet dat hij verdient, voor zijn uitgesproken meningen. Gisteren was opnieuw de muziek (en niet, zoals sommigen op social media beweerden, de aanmoedigingen voor Horn) de aanleiding voor een emotioneel protest van de nummer twee van de wereld.
Om te beginnen: de discussie moet natuurlijk helemaal niet gaan over Zanetti, en of je hem een aansteller vindt of een briljante speler, of allebei. De discussie moet gaan over muziek bij grote biljartevenementen, het gebrek aan regelgeving daarover, en het gebrek aan kennis van en aandacht voor dit belangrijke aspect van een toernooi, bij (sommige) zaalhouders en organisatoren.
Over een paar belangrijke dingen zijn we het allemaal wel eens, denk ik:
– De tijden zijn veranderd. Niemand wil meer “eerbiedige” stilte en boze blikken als iemand z’n stoel verschuift. Enthousiasme vanaf de tribunes is een MEERWAARDE voor onze sport. Stichting BEN ziet dat goed.
– Hoe je het ook wendt of keert: biljarten is een concentratiesport. Je moet de spelers condities bieden waarin ze hun beste spel kunnen laten zien.
Kortom, we moeten een gulden middenweg vinden. Geen fluistertempel, en geen heksenketel. Zanetti wil de klok terugdraaien, en dat gaat echt niet gebeuren. Sommige fans vinden dat “de spelers niet moeten zeuren” en dat het volume van de muziek “niet uit moet maken”. Die denken dat je driebanden 1 op 1 kunt vergelijken met darten, en dat is, zacht uitgedrukt, nogal naïef.
Muziek bij biljarten is een nuttige manier om de stemmen van de toeschouwers te “versluieren”, te zorgen dat gerinkel van glazen, gehoest en gepraat niet meer storend zijn voor de spelers. Je wilt niet dat die stemmen je aandacht vragen.
Maar – logica! – dat wil je dus ook niet van de muziek. Als de muziek je aandacht vraagt, is er al iets mis. De man of vrouw die de volumeknop bedient, moet daar een beetje gevoel voor hebben, en iemand in de zaal moet controleren of het NET goed is. Niet te hard, niet te zacht.
NET ZO BELANGRIJK als het volume, is de muziekkeuze. Ik zeg het nog maar eens: muziek die je aandacht opeist, is niet geschikt voor biljartevenementen. Punk? Nee. House? Nee. Opera van Wagner? Nee. Drill-rap? Nee. Carnavalsschlagers? Sorry Brabant, maar: nee. En laat ik daar met nadruk aan toevoegen: radio? NEE. Gesproken woord en commercials zijn beruchte concentratiebrekers.
Niet-aanstootgevende, algemeen bekende muziek, noem het maar middle-of-the-road of pop of adult oriented rock of classic hits, dat is het makkelijkst te negeren voor de spelers. Je vergeet al snel dat het überhaupt opstaat, en dat is perfect. Dan nog het juiste volume vinden, en we hebben onze mooie middenweg te pakken.
Waarom had de klagende Zanetti deels gelijk? Omdat muziek net zo goed deel uitmaakt van de condities waaronder de spelers moeten presteren als lakens, licht, arbiters, ballen, inspeeltijd. En zo secuur als we zijn op onze gepoetste ballen, zo trots als we zijn op onze goed opgeleide arbiters: de muziek is altijd het stiefkindje, het aspect dat het minste aandacht krijgt. Muziek valt bij ons onder de noemer “de spelers moeten niet zeuren”. En dat moet veranderen. Het moet dezelfde zorg en aandacht krijgen als tafels, lakens en arbitrage.
Zanetti kan geweldig klagen, ik weet het. Maar zonder klagers hadden we nooit een 40-urige werkweek gehad, of een 13e maand.
Bron: Bert Van Manen , 17 juni 2022
Lees ook de andere columns van Bert van Manen
- Muziek in de zaal ?
- Rechter en kroongetuige
- Vormverlies, wat doe je eraan?
- Kiezen is verliezen
- Je speelt nooit 2x hetzelfde punt
- Zijn onze teamcompetities achterhaald?
- Ken je tegenstander
- Klassieke disciplines, bagage of ballast?
- Hoe speel je een vijandige wedstrijd?
- Mooier biljarten is beter biljarten
- Bert van Manen, schrijver en biljarter